Blog

Bibliotheek in het kasteel- Torenkamer 3

Een van de huisregels van het kasteel is dat het stil moet zijn overdag tussen 9.30 uur en 18.30 uur ‘to preserve the atmosphere of peace in decent ease’, zoals William Drummond of Hawthornden destijds noteerde.
Tijdens het ontbijt dat vanaf 8.00 uur in de knusse hearthroom aan een lange ovalen eiken tafel wordt genuttigd, is het daarom vaak erg levendig en gezellig. Iedereen gaat daarna immers stil en geconcentreerd aan het werk.
Maar de stilteregel blijkt meer een richtlijn dan een wet; we zijn geen Kartuizers. Het is vooral een kwestie van rekening houden met elkaar. Dus lopen we op onze sokken over de gangen, ontwijken de krakende tredes op de trap en fluisteren we voor de deur van de gedeelde badkamers. In de pantry op de Writers Floor op de bovenste verdieping vinden regelmatig toevallige ontmoetingen en gesprekken plaats, vanwege de thee en koffie, het fruit en de schaal met versgebakken koekjes die Ruth, de voortreffelijke kokkin, elke dag voor ons klaarzet.

Er zijn talloze werkplekken in het kasteel. De romantische Drawing room bijvoorbeeld -gedecoreerd door Laura Ashley- vol antiek en schilderijen van schrijvers.

The drawing room - Torenkamer 3

Of de prachtige bibliotheek, de torenkamer, het tuinhuis, en natuurlijk het bureau in je eigen kamer. Elke plek heeft zijn eigen sfeer, om te schrijven of te lezen. Overal in het kasteel zijn boeken, van antieke eerste drukken tot gisteren verschenen romans. Elke Fellow laat bij vertrek een gesigneerd werk achter (dat zijn er al snel zo’n 60 per jaar) en de Hawthornden Foundation schaft voortdurend hedendaagse literatuur aan.

Algauw tekent zich een patroon af: na een stevig ontbijt (met pap uit een tinnen kom, toast, of yoghurt met fruit) volgt een vaste ochtendwandeling. Vervolgens installeer ik me aan mijn bureau en schrijf verder aan mijn roman, of werk ik aan gedichten. Ook lees ik veel. Het voelt als een enorme luxe om je nergens om te hoeven bekommeren, al die dagelijkse dingen die je thuis van je werk afhouden worden je hier uit handen genomen.Het eten is fantastisch, kokkin Ruth zet ons elke avond de heerlijkste gerechten en toetjes voor, rekening houdend met allerlei dieetwensen.
Om de workflow zo min mogelijk te onderbreken, staat er elke middag een rieten mand voor de kamerdeur met de lunch: een thermoskan met vers gemaakte soep, belegd brood, fruit en rauwkost.

Na de lunch ga ik meestal opnieuw aan de wandel, met een of meerdere Fellows, of alleen. Daarna werk ik nog enkele uren, tot ik de eerste Fellow op de gang hoor die koers zet naar de Drawing Room, waar we elkaar om 18.30 uur treffen voor een borrel en een babbel. Om stipt 19.00 uur roept Hamish ons voor het avondeten.

Hoewel ik me heb ingesteld op regenachtig en mistroostig Schots herfstweer, zijn de meeste dagen zonovergoten en tooit het bos zich met een prachtige mantel van rood, oranje, geel, roestbruin en groen. Indian Summer in Schotland, wie had dat verwacht?

Rondom het kasteel zijn volop wandelmogelijkheden. De Castle Walk bijvoorbeeld, een rondwandeling van een half uur langs de woest stromende rivier, die je met een steile bocht naar een hoger gelegen parallel pad terugvoert naar het kasteel. Of de Lady’s Walk, een wat avontuurlijker onderneming in de andere richting langs de rivier, over glibberige en grillige paadjes door het bos. Via een uitgesleten en bemost stenen trapje daal je af naar de ingang van Wallace’s Cave, een gapend donker gat in de rotswand. De grot is genoemd naar de Schotse held William Wallace, die in 1303 niet ver van hier vocht in de Battle of Roslin.

Enkele dagen na mijn aankomst ga ik gewapend met een stok op weg naar de grot, maar kom na een lange wandeling onverrichter zake terug. Een tweede keer vind ik de grot wél, maar de sfeer is zo voorwereldlijk en eerie dat ik er niet in durf. In een grote kei zijn spiralen gekerfd; je voelt de geschiedenis ademen hier. Pas later, bij de derde poging heb ik genoeg moed verzameld om alleen de grot in te gaan. Ik maak een foto voor mijn mede-Fellows als bewijs, het duister achter me is vol murmelende verhalen. Ik voeg er een eigen verhaal aan toe en stap gelouterd naar buiten, het licht in.